manon moussa
Manon Moussa, een bekeerling, draagt haar hoofddoek trots voor haar kinderen en kleinkinderen. Ze laat zien dat het dragen van een islamitische identiteit zichtbaar of onzichtbaar niet aan haar kracht afdoet.
Op de schouder van kracht
De camera klikte nog na in mijn hoofd, het geluid van de fotoshoot langzaam wegstervend. Het thema is helder: stop islamofobie. Maar waar denk ik eigenlijk aan bij dat woord? Wat komt er bij me op? Het eerste dat in me opkomt, is hoe mensen niet worden gezien voor wie ze werkelijk zijn. Islamofobie, het woord zelf draagt "fobie" in zich – angst. En ik heb me jarenlang afgevraagd hoe het mogelijk is dat mensen bang kunnen zijn voor mij. Hoe kan je bang zijn voor Manon? Ik ben gewoon ik. En toch, enkel door mijn hoofddoek, word ik in het hokje "moslim" gestopt en dat lijkt voor sommigen al genoeg om angstig te worden.
Die angst, het is iets wat ik maar niet kan begrijpen. Dat je bang kunt zijn voor iemand puur op basis van hun buitenkant. Hoe oppervlakkig is dat? Het lijkt erop dat islamofobie vooral bestaat dankzij de beeldvorming, omdat mensen niet de moeite nemen om echt in gesprek te gaan. Ze kijken niet verder dan hun neus lang is. Het raakt me, die oneerlijkheid. Dat ik zomaar, zonder aanleiding, wordt weggezet als een potentieel gevaar. Alsof ik niet te vertrouwen ben, of dat mensen bang voor me moeten zijn. Allemaal zonder reden, zonder dat ze iets over me weten.
Dat is precies waarom ik aan deze campagne meedoen. Het draait om het zichtbaar maken van de moslima die niet bestaat. Precies. Mensen denken dat ze ons kennen, maar "de moslima" bestaat niet. Ik ben bekeerd tot de islam en voor mij is deze campagne belangrijk omdat het laat zien dat we zoveel meer zijn dan dat ene label. Ik word vaak in een hokje gestopt – dat mensen niet zien dat ik meerlagig ben, dat je mijn volledige mens-zijn niet aan de buitenkant kunt aflezen. En daar zit de kern van het probleem.
De zichtbaarheid van deze campagne is cruciaal. Het gaat om diversiteit, om te laten zien dat wij, als moslimvrouwen, in zoveel verschillende vormen en achtergronden voorkomen. Ik ben geboren en getogen in Amsterdam, met een heel eigen levensverhaal. Maar dat verhaal gaat over meer dan alleen mijn geloof of mijn keuze om een hoofddoek te dragen. Dat is maar één laag van wie ik ben. En ja, ik heb bewust ervoor gekozen om een hoofddoek te dragen, maar dat betekent niet dat ik alleen, dat ben. Er is zoveel meer aan mij. Ik ben zoveel meer.
Ik draag, voor op deze foto, ook twee sieraden die veel voor me betekenen. Eén van mijn oma en één van mijn schoonmoeder. Mijn oma gaf me haar hanger, die zij ooit van haar moeder kreeg. Zij stond aanvankelijk niet bepaald te juichen toen ik me bekeerde tot de islam. Ze had haar eigen vooroordelen over moslims, en toen ik haar vertelde dat ik moslim was geworden, was ze niet bepaald blij. Toen ik haar vertelde dat ik ook een hoofddoek zou dragen, werd ze zelfs boos. Maar na verloop van tijd veranderde dat. We hebben door die hobbels heen gewerkt, en uiteindelijk zag ze me gewoon weer als Manon. Dezelfde Manon die ik altijd al was, alleen nu met een extra laag.
Die hanger symboliseert mijn Amsterdamse wortels, mijn kern, wie ik ben. Het hangt dicht bij mijn hart, daar waar mijn essentie ligt. En dan is er nog het sieraad van mijn schoonmoeder, een vrouw uit Tunesië die indirect een enorme invloed op mijn leven heeft gehad. Zij was degene die mijn weg in Tunesië effende, die ervoor zorgde dat ik me daar meteen thuis voelde. Dankzij haar werd ik zonder strijd geaccepteerd, geliefd en gezien door de familie van mijn man. Deze twee vrouwen, zij vertegenwoordigen wie ik vandaag de dag ben. Ze dragen beide bij aan mijn identiteit, aan de kracht die ik vandaag de dag voel.
Mijn verleden heeft mijn heden gevormd, dat is zeker. En nu, met kinderen die zowel wit als bruin zijn, die islamitisch worden opgevoed, voel ik dat deze campagne ook voor hen van groot belang is. Ik wil niet dat mijn kinderen, of mijn kleindochter, dezelfde strijd moeten voeren die ik heb gevoerd. Ik wil dat zij zich gezien voelen, dat ze niet steeds in een hokje worden gestopt op basis van hun uiterlijk of hun geloof. Dat ze niet worden beoordeeld op vooroordelen, maar op wie ze werkelijk zijn.
Toch, ironisch genoeg, zijn het mijn kinderen die mij de grootste lessen hebben geleerd. Ik heb zelf ook vaak vooroordelen, misschien zelfs onbewust. Mijn zoon vertelde me eens dat mensen hem alleen maar zien als een 'kut Marokkaan'. Hij is niet eens Marokkaans – zijn vader is een Tunesiër. Maar toch wordt hij in dat hokje gestopt, en dat raakt hem diep. In het begin was ik geneigd om te zeggen: “Niet telkens die racismekaart trekken." "Vertrouw op je eigen kracht.” Maar later realiseerde ik me dat ik zijn strijd had gebagatelliseerd. Ik kan mijn hoofddoek afdoen en dan was ik weer gewoon "witte Manon". Mijn kinderen kunnen dat niet. Hun gezicht, hun huidskleur, ze kunnen het niet veranderen. Dat is hun werkelijkheid.
En dat is waarom ik blijf vechten. Voor hen, voor mijn kleindochter. Ik wil niet dat zij dezelfde strijd hoeft te leveren als mijn dochter heeft gevoerd. Ik wil niet dat haar keuzes altijd gezien worden door de lens van haar moslim zijn. Ik wil dat ze zichzelf mag zijn, zonder dat mensen aannames doen over haar leven en keuzes. Dat is de strijd die ik voer. Voor haar, voor alle toekomstige generaties.
Soms vraag ik me af of dit allemaal zin heeft. We voeren deze gesprekken al zo lang, sinds de jaren negentig, en misschien zelfs al eerder. We hebben allemaal bijgedragen aan dit land, net als onze ouders. En toch blijven we deze discussies voeren, ook gezien het huidige politieke klimaat. Het voelt soms als water naar de zee dragen. Maar zolang islamofobie, racisme en discriminatie bestaan, hebben we geen keuze. We moeten ons blijven uitspreken. We kunnen de maatschappij niet veranderen door stil te blijven.
Dat is waarom zichtbaarheid zo belangrijk is. Niet alleen om gezien te worden, maar ook om onze diversiteit te laten zien. Islamofobie is een specifieke vorm van racisme, een aparte vorm van achterstelling. Zolang dat blijft bestaan, zullen wij ons blijven uitspreken.
Ik voel die verantwoordelijkheid sterker dan ooit. Vroeger verontschuldigde ik me bijna voor mijn keuze om moslim te zijn. Nu is het iets waar ik voor wil vechten. Het is niet alleen voor mij – het is voor mijn kinderen, mijn kleinkinderen, en de lange termijn. En dat gevoel, dat gewicht, draag ik met me mee. Maar het voelt niet als een last. Het voelt als een uitdaging. Een kans om verandering te brengen.
#stopislamofobie
Karima Ahmadouch
Karima Ahmadouch pleit voor menselijkheid en onderling respect. Volgens haar ontstaat er pas ruimte voor begrip als we elkaar blijven zien als mens, ongeacht onze verschillen.
Manon Moussa
Manon Moussa, een bekeerling, draagt haar hoofddoek trots voor haar kinderen en kleinkinderen. Ze laat zien dat het dragen van een islamitische identiteit zichtbaar of onzichtbaar niet aan haar kracht afdoet.
Saida Derrazi
Saida Derrazi spreekt de wens uit dat de dochters van morgen niet dezelfde strijd hoeven te voeren als zij en haar moeder. Ze hoopt op een inclusieve samenleving waarin alle vrouwen volledig geaccepteerd worden.
Rahaf Alsleman
Rahaf Alsleman, een Syrische vluchteling, benadrukt dat nieuwkomers welkom zijn. Zij spoort iedereen aan om zich te blijven inzetten voor een toekomst waarin vluchtelingen actief kunnen deelnemen aan de samenleving zonder angst of vooroordelen.
Fatima Elatik
Fatima Elatik moedigt mensen aan om hun eigen verhaal te bezitten en hun wortels te omarmen. Ze benadrukt het belang van persoonlijke kracht en het kennen van je achtergrond.
Muna Shirwa
Muna Shirwa benadrukt het belang van zelf actie ondernemen. In plaats van te wachten op verandering, kiest zij ervoor om zelf onderdeel van die verandering te zijn.
Rubina Wagid Hosain
Rubina Wagid Hosain drukt de kern van gelijkheid uit. Voor haar is het essentieel dat we blijven strijden voor gelijke rechten voor iedereen in onze samenleving, ongeacht religie of achtergrond.
Samar Shaalan
Samar Shaalan roept moslimvrouwen op om trots en sterk te blijven. Samen kunnen we het verschil maken en een inclusieve stad creëren.